Varens verzorgen - 绮罗网

Kies de juiste plek. Varens hebben veel schaduw en indirect zonlicht nodig. Plaats je plant bij een raam op het noorden; ramen op het oosten en westen zijn te zonnig. Je kunt een varen in de buurt van een raam op het zuiden zetten, als je geen raam op het noorden hebt, maar zorg ervoor dat hij alleen indirect zonlicht krijgt.

Zorg voor een hoge luchtvochtigheidsgraad in de buurt van je varen. Een hoge luchtvochtigheidsgraad is perfect voor deze vochtminnende plant. Er zijn twee manieren om de luchtvochtigheidsgraad voor je varen te verhogen: zet je varen in twee potten, of zet een luchtbevochtiger in je kamer. Om je varen in twee potten te zetten kies je een tweede pot die iets groter is dan de pot waar de varen in staat. Vul de buitenste pot met mos dat je hebt doorweekt met water en zet hier de pot met varen in. Bedek ook de grond en de rand van de binnenste pot met nat mos en houd dit nat.

• Als je een luchtbevochtiger gebruikt, zet die dan naast de varen voor het beste groeiresultaat.
• Je kunt je varen besproeien met een plantenspuit (op de fijnste mist) en lauwwarm water, maar niet vaker dan om de paar dagen, omdat er anders bruine vlekjes op de bladeren kunnen ontstaan.

Houd de temperatuur constant. De meeste kamervarens zijn tropische planten, hoewel ze niet allemaal per se tropisch weer nodig hebben. Zorg ervoor dat de temperatuur in een kamer waar varens staan ongeveer 22 graden is. De varens kunnen tegen een temperatuur van 15 graden, maar ze zullen het niet zo goed doen bij zo’n lage temperatuur. Als je twijfelt, verhoog dan de temperatuur.

• Overweeg je varen in de badkamer te plaatsen; de temperatuur en luchtvochtigheidsgraad zijn vaak hoger door baden en douchen.^[1]

Geef regelmatig water. Varens houden van een vochtige atmosfeer en hebben ook een voorkeur voor vochtige grond. Zorg ervoor dat de potgrond altijd vochtig is (maar nooit doorweekt). Dit kan betekenen dat je iedere dag een klein beetje water moet geven, in plaats van minder vaak meer water.

Bemest je varens één keer in de maand. Koop bij je tuincentrum een vloeibare mest die speciaal bedoeld is voor varens; vraag in de winkel om hulp als dat nodig is. Spuit de vloeibare mest één keer in de maand bij je varens om die meststoffen die niet (meer) in de potgrond zitten aan te vullen. Wacht wel tot zes maanden na het oppotten met bemesten.

Verwijder dode en zieke delen van de varen. Kamervarens kunnen last hebben van een aantal ziekten, gelukkig zijn ze sterk genoeg om van de meeste niet dood te gaan. Als blijkt dat je plant ziek is, knip dan de geïnfecteerde delen weg. Mocht je varen dood gaan door verwaarlozing, doe dan hetzelfde en verwijder de beschadigde/dode delen met een schaar. Is de hele plant aangetast, dan kun je hem het best wegdoen voordat de ziekte zich uitbreidt naar andere kamerplanten.

Verpot varens als ze langer dan een jaar in een pot staan. Na verloop van tijd zal iedere varen uit zijn pot groeien. Hoe vaak een varen verpot moet worden is afhankelijk van de gezondheid van de varen. In sommige gevallen kan dat al na 6 maanden nodig zijn.^[2]

Plant varens op de meest ideale plek. Als er al varens in je tuin staan, hoef je ze alleen maar te verplaatsen als ze er slecht uitzien. Varens houden van veel schaduw en vocht, ze doen het goed onder struiken die groter zijn of bomen. Poot of verpoot varens op een plek op het noorden waar ze geen direct zonlicht krijgen. Als varens op een plek staan in het directe zonlicht zullen ze verbranden.

Houd de grond vochtig. Als het niet regelmatig regent, zal je de planten dagelijks water moeten geven, zodat de grond vochtig blijft. Leg een dikke laag dennennaalden of bladmulch onder de varens; ongeveer 5-7 cm dik is ideaal. Dit zorgt ervoor dat de grond en de lucht rond de varens vochtiger blijven.

Geef de varens één keer in de maand mest. Zes maanden nadat je de varens hebt gepoot kun je beginnen met bemesten voor een betere groei. Kies een biologische, vloeibare mest die je op kunt spuiten. Bemest de varens volgens de richtlijnen op de verpakking. Daarbij kun je ook nog een laag compost aanbrengen voor nog betere groeivoorwaarden voor de varens.

Knip beschadigde delen weg. Varens hebben buiten niet veel natuurlijke vijanden, behalve naaktslakken en één of twee zeldzame ziekten. Mocht je toch ontdekken dat je varen aangevreten is of aangetast door een ziekte, knip die delen dan af met een tuinschaar. Dit houdt de rest van de plant gezond en, als het een ziekte is, voorkomt verspreiding naar andere planten.